Vissteeg 13

In januari 1980 vonden er verbouwingen plaats aan het huis Vissteeg 13, tegenwoordig Visstraat 43. Bij het graven van een sleuf voor de fundering van de nieuwe achtergevel stuitte men op een grote beerput. Een deel van de koepel moest worden verwijderd om de bekisting van de nieuwe fundering aan te kunnen brengen. De put moest worden leeggehaald, want men kan een achtergevel niet funderen op een dikke laag beer. Na het leeghalen zou de put geheel gevuld worden met zand, waarop de fundering beter kan rusten. Het grootste deel van de put lag onder het schuurtje van de buren, in de richting van de Verwersdijk. Momenteel is Visstraat 43 het zesde huis vanaf de Verwersdijk.

Historische stadsplattegrond uit 1700 waarop de situatie van midden zeventiende Eeuw wordt weergeven.

De witte pijl geeft aan waar de opgravingen is gebeurd.

Detail van de kaart figuratief uit 1675/78

Bij de zwarte pijl het vijfde huisje heeft de put in de achtertuin gelegen.

Het betrof een grote, ronde put, gemetseld met rode stenen. De koepel was, van binnenuit gezien, volledig intact en in goede staat. Ongeveer 50 cm uit de wand, enigszins uit het midden, bevond zich een toog. Tussen de toog en de wand bevond zich de stortkoker (of: stortopening).

Midden centraal in de koepel zat een rond gat zonder beeraanslag aan de wanden. Zowel onder de stortkoker als onder dit ronde gat bevond zich een hogere concentratie scherven. De functie van het ronde gat is onbekend gebleven. De toog zal waarschijnlijk gediend hebben als ondersteuning voor de koepel en de stortkoker.

De bodem van de put bestond uit zeeklei, wat gebruikelijk is bij de meeste putten in Delft. Op de bodem was te zien dat de put op houten planken was gemetseld. De binnendiameter van de put was 2,75 meter en de buitendiameter 3 meter.

De put was erg nat. Tijdens het graven moesten we de put voortdurend leegpompen met een dompelpomp. Omdat het leeghalen vijf avonden duurde, moesten we elke avond, voordat we aan het graven begonnen, de put opnieuw leegpompen, aangezien het water dan weer tot aan het grondwaterpeil stond.

Er werden veel stenen (kloostermoppen) en dakpannen van klein formaat in de put opgegraven. Deze bevonden zich onder de stortkoker en zijn dus waarschijnlijk ook via de stort in de put gegooid.

Het aantal bodemvondsten was gering. Als eerste vonden we een grape (steelpan) met twee oren uit de 16e eeuw. Op de bodem bevond zich een grotere concentratie scherven. Uit deze scherven reconstrueerden we een koekenpan uit de 15e eeuw. Op de bodem werd ook nog een grote grape met één oor uit de 15e eeuw gevonden. Verder konden we weinig met de scherven aanvangen, omdat er tijdens het leeghalen een zeer strenge vorst inviel. De opgegraven beer lag naast de put en moest in containers worden afgevoerd. Normaal gesproken werd de beer door ons nagezocht, maar de omstandigheden lieten dit niet toe, waardoor veel scherven verloren zijn gegaan.

Tijdens het afvoeren van de bevroren beer vonden we echter wel een kruikje met een dubbel oor uit de 15e eeuw, dat door de slechte lichtomstandigheden eerder aan onze aandacht was ontsnapt.

Kruikje met dubbel oor, steengoed uit het pottenbakkerscentra Raeren 15e Eeuw

Grape, rood aardwerk 15e Eeuw

Lijst van vondsten uit de beerput Vissteeg 13 - 15

16e Eeuw 1 Grape, rood aardewerk 2 oren loodglazuur
15e Eeuw 1 Koekenpan
15e Eeuw 1 Kruikje, steengoed dubbel oor zoutglazuur
15e Eeuw 1 Vouwbeen gereedschap van de boekbinder
15e Eeuw 2 Kammen, hout
15e Eeuw 3 Schoenzolen, leer
15e Eeuw 1 Grape 1 oor
15e Eeuw 1 Drinkschaaltje, steengoed half Siegburg

Verder zijn er veel scherven en bodems gevonden met lobvoeten van waterkannen en voorraadvaten van rood aardewerk met spaarzaam loodglazuur uit de 15e Eeuw.

Vouwbeen 15e Eeuw

Houten kam uit de 15e Eeuw