Door Lia Schouten en Aad Kleijweg

De grote onbekende is hij voor ons inmiddels niet meer: we kennen zijn naam, de periode waarin hij ongeveer actief was, en we hebben een aardig overzicht van wat deze pijpenmaker heeft geproduceerd. Wanneer je dan een derde deel aan deze pijpenmaker wijdt, geeft dat iets vertrouwds en een gevoel van herkenning. Ook is in het begrafenisregister van Schoonhoven de naam Klaas van Koomen gevonden, die mogelijk met hem in verband gebracht kan worden.

In PKN nr. 115 en 116 bespraken wij het assortiment pijpjes dat door Nikolaas van Komen uit Schoonhoven is geproduceerd. We waren toen uitgekomen op 26 verschillende pijpen uit diverse mallen. Tijdens de inventarisatie in Schoonhoven, die wij in juli 2007 op de website van de PKN (www.tabakspijp.nl) zijn gestart, kwamen opnieuw afbeeldingen van vier pijpjes in ons bezit die wij in de vorige delen nog niet hadden besproken.

Dit brengt het totaal aantal verschillende pijpjes dat Nikolaas van Komen heeft geproduceerd op 30. Graag willen wij deze nog even onder de aandacht brengen om het assortiment van Nikolaas van Komen verder te completeren. De nummering laten we, net zoals in de vorige delen, doorlopen zodat we voor vergelijking naar nummers uit de eerdere delen kunnen verwijzen.

Beschrijving van de pijpenkopjes

De pijpenkop op afbeelding 34 heeft een ovoïde model en lijkt qua thema op de pijpjes bij afbeelding 11 en 22 uit de vorige delen. Op de linkerzijde zien we de gekroonde vis met daarboven de initialen NVK van de pijpenmaker. Op de rechterzijde van de ketel is de dubbelkoppige adelaar in stilistische vorm weergegeven.

De vis heeft stekeltjes op zijn rug, in tegenstelling tot de vissen die afgebeeld zijn op afbeelding 11 en 22. De dubbelkoppige adelaar lijkt het meest op die van de pijpenkop bij afbeelding 11. Toch zien we bij vergelijking enkele verschillen. Ook de stralen- en stippenversiering wijkt af van die bij de pijpenkoppen op afbeelding 11 en 22.

We kunnen daarom aannemen dat, hoewel hij sterk op de twee eerder besproken pijpjes lijkt, deze pijpenkop toch uit een andere mal is geproduceerd.

De mooi gerookte pijpenkop op afbeelding 35 heeft een ovoïde model. Het reliëfmerk is een gekroonde N met daarboven de initialen NVK van de pijpenmaker. Dit exemplaar lijkt op de pijpenkop van afbeelding 25, die eerder is besproken in deel 2. Echter zijn bij dit exemplaar de initialen groter en gelijk van grootte, terwijl bij het exemplaar besproken bij nummer 25 de V beduidend kleiner is. Het reliëfmerk is bovendien slordig aangebracht.

De pijpenkop op afbeelding 36 heeft eveneens een ovoïde model. Het reliëfmerk is hetzelfde als op afbeelding 23 in deel 2, maar bij deze pijp ontbreekt het imitatiewapentje van Gouda als bijmerk.

Geheel over het hoofd gezien was het exemplaar met als zijmerk de ooievaar en de initialen NVK. We hadden aangenomen dat dit dezelfde was als beschreven bij afbeelding 8 in deel 1. Echter heeft dit exemplaar liggende vleugels, terwijl het exemplaar bij afbeelding 8 iets opstaande vleugeltjes heeft.

Klaas van Koomen ?

Tot op heden zijn er geen bewijzen gevonden voor het bestaan van de pijpenmaker Nikolaas van Komen. Wel is er in het begrafenisregister van Schoonhoven een Klaas van Koomen gevonden, die op 24 augustus 1772 is overleden. Qua datering zou deze persoon overeen kunnen komen. Dat zijn naam in het laatste kwart van de 18e eeuw niet meer voorkomt op de lijst van het pijpenmakersgilde, zou erop kunnen wijzen dat hij toen niet meer actief was.

Van deze Klaas weten we dat hij zeker twee kinderen heeft gehad, aangezien deze vermeld staan als overleden op 19 september 1758 en 17 april 1769. Dat zijn naam op de pijpen gespeld wordt als Nikolaas van Komen is niet vreemd; het zou goed dezelfde persoon kunnen zijn als Klaas van Koomen. Het feit dat er een “o” te weinig in zijn naam staat, is evenmin opmerkelijk, als we zien dat bij de pijp die beschreven wordt bij afbeelding 32 in deel 2 Vivat Oostindië gespeld is als Fifa Oostinie.

Het harde bewijs dat Klaas van Koomen daadwerkelijk de pijpenmaker was, ontbreekt zolang we geen beroepsvermelding hebben gevonden. Uiteraard hopen we dat ooit het harde bewijs nog zal worden ontdekt.

Opvallende pijpenkop
De meest opvallende pijpenkop uit het assortiment van Nikolaas van Komen – en zelfs van al het materiaal van andere pijpenmakers dat bij de inventarisatie in Schoonhoven door onze handen is gegaan – is te zien bij afbeelding 15 in deel 1 en afbeelding 38.
De pijp is niet opvallend door decoratie of zeldzaamheid, want er zijn meerdere exemplaren gevonden in het stortmateriaal van Schoonhoven. Wat hem bijzonder maakt, is het grote ovoïde model, de radering bij de ketelrand en de afgeplatte hiel met hielmerk.

De pijp heeft de allure van een gouwenaar en wijkt af van het type pijpjes dat we uit Schoonhoven gewend zijn: doorgaans grovere pijpen met een korte steel. Vergelijking van de verschillende exemplaren die wij hebben onderzocht, laat zien dat zij allemaal uit dezelfde mal afkomstig zijn.

Opvallend aan het reliëfmerk Ooievaar
Het reliëfmerk Ooievaar was bij Nikolaas van Komen populair: het komt voor op acht van de dertig verschillende pijpjes die hij heeft geproduceerd. Opvallend is dat hij de enige pijpenmaker in Schoonhoven was die dit reliëfmerk bij sommige pijpjes omlijstte met stippen en palmbladen.

Deze wijze van verrijking van het reliëfmerk Ooievaar zien we wel terug bij enkele van zijn collega’s in Gorinchem, namelijk bij een pijpenmaker met de initialen HGB (waarvan de naam onbekend is), bij Christoffel de Hoog (initialen KDH) en bij Jan van Ophuyzen (initialen IOH), waarvan hieronder een voorbeeld te zien is. Zij pasten deze verrijkte decoratie bij het zijmerk Ooievaar dubbelzijdig toe. In tegenstelling tot de pijpjes van Nikolaas van Komen, bezitten hun pijpjes echter een parelnaad.

Eindconclusie
Gezien het grote assortiment van dertig verschillende pijpjes dat wij hebben geïnventariseerd, kunnen we concluderen dat Nikolaas van Komen niet tot de kleinere pijpenmakers behoorde. Zijn assortiment varieerde van amateuristisch tot vakkundig gedecoreerde pijpjes. In vergelijking met zijn collega’s had hij relatief veel rijk gedecoreerde exemplaren in zijn aanbod.

Wij hebben hem bij naam leren kennen omdat hij deze op twee van zijn vroegste pijpjes volledig heeft vermeld. Klaas van Koomen is mogelijk dezelfde persoon als Nikolaas van Komen. Hij was de enige pijpenmaker in Schoonhoven die het merk Ooievaar omlijstte met stippen en palmbladen.

De pijp die is afgebeeld op afbeeldingen 15 en 38 was, in vergelijking met de producten van zijn collega’s, een bijzonder product voor Schoonhoven.

Met dank aan Peter Bakker en Jan van Oostveen voor hun bijdrage aan het verder completeren van het assortiment van Nikolaas van Komen.

Bron: Informatie over Klaas van Koomen. Jan van Oostveen.
Literatuur:
[1] Krommenhoek, W. en A. Vrij, z.j. (1986). Kleipijpen drie eeuwen Nederlandse kleipijpen in foto's. Amstelveen
[2] Meulen, J. van der. 1988. De Kleipijp als Bodemvondst. Hoofdstuk Schoonhoven.
[3] Meulen, J. van der, J.P. Brinkerink en P. von Hout, 1992. Tabakspijpennijverheid in Gorinchem. Leiden.
[4] Schouten L. en Kleijweg A.J. Nikolaas van Komen: de grote onbekende (deel 1). In: PKN Nr. 115
[5] Schouten L. en Kleijweg A.J. Nikolaas van Komen: de grote onbekende (deel 2). In: PKN Nr. 116