In de eerste helft van de 18e eeuw zijn er pijpen vervaardigd met als reliëfversiering links een stoel en rechts een theetafel. De stoel en de theetafel staan ook bekend als pijpenmerken, en het is verleidelijk om deze voorstellingen aan een specifieke pijpenmaker toe te schrijven. Dat blijkt echter lastig, omdat ze met twee verschillende pijpenmakers in verband kunnen worden gebracht. Waarschijnlijk moeten we deze voorstellingen daarom beschouwen als louter decoratieve versieringen.

Het merk Stoel was in gebruik bij Reinier Jeroense Reijnhart van 1702 tot 1721/1745. Het merk Theetafel werd gebruikt door Cornelis Leendertsz. Glasbeek van 1700 tot 1706, door Isaak Pietersz. van der Kleij van 1706 tot 1732, en door Pieter van der Kleij tot 1741/1744.

Ook zijn er combinaties bekend van een Theetafel met aan de keerzijde een Molen.
Daarnaast zijn er pijpen bekend waarbij links de Theetafel en rechts de Schenkkan is afgebeeld. Bij deze pijpen zijn de initialen RI bij de Theetafel geplaatst, en draagt de pijp het hielmerk Stoel, zodat we hem kunnen toeschrijven aan de pijpenmaker Reinier Jeroense Reijnhart.

Bekijk D-6380 met reliëfversiering Stoel / Theetafel

Bekijk 6 met reliëfversiering Stoel / Theetafel

Bekijk D-2476 met reliëfversiering Stoel / Theetafel

Bekijk D-1721 met reliëfversiering Stoel / Theetafel

In the first half of the 18th century, pipes were produced featuring relief decorations with a chair on the left and a tea table on the right. The chair and the tea table are also known as pipe marks, and it is tempting to attribute these motifs to a specific pipe maker. However, this proves difficult, as they can be associated with two different makers. It is therefore likely that these images should be regarded purely as decorative motifs.

The Chair mark was used by Reinier Jeroense Reijnhart from 1702 to 1721/1745. The Tea Table mark was used by Cornelis Leendertsz. Glasbeek from 1700 to 1706, by Isaak Pietersz. van der Kleij from 1706 to 1732, and by Pieter van der Kleij until 1741/1744.