Knorren met parelrijen Pijpenmaker 1750 - 1775

In het midden van de 18e eeuw werden pijpen gemaakt met knorren- of lobbenversiering, waarbij tussen de lobben parelrijen waren aangebracht. We kennen dit soort modellen vooral uit Gouda, waar dergelijke pijpen vaak voorzien zijn van het bijmerk wapen van Gouda op de zijkant van de hiel, soms aangevuld met de initialen van de maker. Voorbeelden daarvan zijn de initialen SS en VR.

Uit Schoonhoven kennen we dit model pijp waarbij boven de lobben engelenkopjes zijn geplaatst. Ook in Utrecht werden dit soort pijpen gemaakt, zij het zonder bijmerken of initialen. De kwaliteit van deze pijpen is doorgaans niet hoog. De pijpenmallen werden namelijk zeer lang doorgebruikt, wat de uitstraling niet ten goede kwam. Wel bestaan er varianten zonder ornamentjes of met verschillende ornamentjes boven de lobben aangebracht. De makers van deze pijpen zijn onbekend.

Bekijk D-6322 met reliëfversiering knorren en parelrijen

Bekijk D-6323 met reliëfversiering knorren met parelrijen

Bekijk D-6324 met reliëfversiering knorren met parelrijen + roosjes

Bekijk D-6325 met reliëfversiering knorren met parelrijen + roosjes

Bekijk D-6326 met reliëfversiering knorren met parelrijen + blaadjes


In the mid-18th century, pipes were produced with knorren or lobed decoration, often featuring rows of pearls between the lobes. These models are especially known from Gouda, where such pipes were typically marked with the coat of arms of Gouda on the side of the heel, sometimes accompanied by the maker’s initials. Examples include the initials SS and VR.

From Schoonhoven, we know of this pipe model where cherub heads were placed above the lobes. Similar pipes were also made in Utrecht, although without marks or initials. The quality of these pipes is generally not very high, as the moulds were used for an extended period, which did little to improve their appearance. Nevertheless, there are variants without decoration, as well as ones with various ornaments placed above the lobes.


Ref. 05, 23

Beschrijving van deze pijpen:

Onder de rook van Utrecht Blz. 148, 149
De kleipijp als bodemvondst. Hoofdstuk Utrecht Blz. 163, 169